
En toen gingen de grenzen dicht
Tarifa, Spanje – vrijdag 13 maart 2020
We maakten ons geen zorgen. De zon scheen en we hadden ons huis op wielen, onze camper, bij ons. Het gevaar bevond zich helemaal in Italië en wij waren in Zuid Spanje. Niks aan de hand. Tot er opeens wel iets aan de hand was.
Heel het land werd bang dat de supermarkten leeg zouden raken. Wij ontvingen berichten dat we met onze camper de stad misschien niet meer in zouden kunnen komen. Jongeren plaatsten een brandende barricade op de weg om landgenoten die Madrid ontvluchtten tegen te houden. Oke dan.
Portugal dan maar?
De twijfel sloeg toe. Konden we blijven waar we waren? Wat als we geen water en boodschappen meer in de stad konden doen? Mochten we de weg nog op? Zouden we weggestuurd worden, en waar moesten we dan heen?
Portugal leek een goede optie. Maar het was zeker 350 km rijden en de grens ging dicht. Of niet. Of toch wel? Bovendien hadden we een technisch probleem dat soms opeens op kon spelen. We wisten niet zeker of onze camper de grens van Portugal zou gaan halen.

Grensovergang Spanje en Portugal – zondag 15 maart 2020
We besloten vroeg in de ochtend naar Portugal te rijden. Niet wetende of de grens gesloten was. De snelweg was leeg, op een enkele vrachtwagen na. We reden nog nooit zo snel. Iedere keer als ik mijn telefoon oppakte las ik verontrustende berichten, over geldboetes, gesloten grenzen, en het leger. Hoe dichterbij we bij de grensovergang kwamen, hoe zenuwachtiger ik werd.
We reden op de rivier af die de grens markeerde en zagen tot onze verbazing: niets. Op een paar verkeersagenten en een cameraploegje was er niemand. We reden Portugal in, betaalden wat tol, en keken elkaar opgelucht aan. We waren er!
Onze camper had zich verbluffend goed gehouden. Totaal geen problemen! Tot de laatste 5 kilometer. Toen ging het acculampje toch weer branden, en het knipperlicht viel uit. Shit. We konden gelukkig zonder problemen onze slaapplaats bereiken maar moesten nu wel echt op zoek naar een garage.

Monte Gordo, Portugal – maandag 16 maart 2020
We vonden een prachtige plek in het bos en aan het strand, op het parkeerterrein van een strandtent die nog koffie schenkt. Op het terras zaten een aantal Nederlanders. De sfeer was gemoedelijk. Ik voelde me stukken beter dan de laatste dagen in Spanje. Geen onzekerheid meer. We werkten, speelden met schelpen op het strand, en sliepen met het geluid van de golven op de achtergrond. Het was er fijn.
Dit verwacht je niet
Het enige minpuntje aan ons fijne plekje: de eigenaar van de strandtent maakte ruzie met een Nederlandse camperaar die volgens hem fout geparkeerd stond. Er kwam politie bij, die bepaalde dat de camperaar goed stond. Klaar. Zou je denken. Maar om 2:00 ‘s nachts schrok ik wakker van een knetterharde toeterende pickup truck die rondjes reed op het parkeerterrein.
En normaal is dat al schrikken. Maar tijdens wereldwijde pandemie schrik je je helemaal de **** als dat gebeurt!
En dit ook niet
Na een tijdje vielen we weer in slaap, maar om 3:00 uur gebeurde het weer! En om 4:00 uur, en om 6:00 uur. Helemaal gestoord. Uiteindelijk zijn we zolang als we op deze plek stonden iedere ochtend om 5:30 wakker getoeterd door deze kwaaie vent.
‘s Ochtends zwaaide hij ons vriendelijk goedemorgen bij het voorij rijden. Bizar.

Monte Gordo, Portugal – woensdag 18 maart 2020
Het was donkergrijs en het regende. Dat zorgde ervoor dat het zomerse onbezorgde gevoel een beetje naar de achtergrond verdween. Of misschien kwam dat door de berichten die we ontvingen van vrienden die in het noorden van Portugal waren. De wegen zouden snel afgesloten worden voor niet-essentieel verkeer. Dat was een probleem, want om water te halen zouden we toch steeds de weg op moeten. Of zou dat onder essentieel vallen?
Samen
In de campers om ons heen zaten voornamelijk gepensioneerde mensen. Veel uit Nederland, ook wel wat Duitsers en Fransen. Verder waren er twee jonge gezinnen uit Duitsland en wij. De Duitsers kenden we al uit Spanje en we zochten elkaar hier weer op. Het voelde toch beter om niet alleen te staan en te kunnen overleggen met anderen.
De ouderen leken zich weinig geen zorgen te maken. Er was zelfs een stel dat net uit Nederland terug was gevlogen omdat ze het daar maar niets vonden. Een beetje hutjemutje op elkaar boodschappen doen bij de Albert Heijn (niet mijn woorden). Hier konden ze tenminste de natuur in, en het weer is beter. Ik benijdde ze om hun zorgeloosheid.
Een meerkeuze vraag
We overwogen onze opties. We konden A) naar de vrienden in het noorden, B) op deze plek blijven (maar hoe lang?), C) een camping in de buurt opzoeken en daar blijven zolang het nodig was of D) naar huis rijden.
Wij voelden ons niet fijn meer op de gratis parkeerplaats omdat we steeds vaker opvingen dat alle gratis plaatsen verboden zouden worden voor campers. Feiten daarover waren nergens te vinden, maar ik vond het zo onrustig dat we besloten te gaan rijden. We hoorden ook berichten dat de campings op slot gingen maar ik ging er totaal vanuit dat ze ons – met kind – aan zouden nemen.
Geweigerd aan de poort
Niet dus. Bij de poort een zwaaiende man met een mondkapje op. Omdraaien, wegwezen.
De moed zakte me in de schoenen want als het hier zo was, dan vast overal. Ik zag het opeens allemaal heel somber in. We konden geen grote afstanden maken met de auto (want kapot) en de campings waren op slot. Waar moesten we nu in heen voor water en het toilet?
We probeerden nog een camperplaats, ook dicht. Plaatsen vrij, maar er mochten geen nieuwe mensen bij. En we mochten ook niet vullen en lozen. Daar sta je dan. Met je camper in Portugal, geen idee van hoe het verder moet. Met een steen in mijn maag probeerden we een derde plaats, en die was wel open. Het was niet meer dan een zuil langs de weg waar je water kon tappen en een put voor het toilet, maar compleet onze redding!
We reden daarna maar weer terug naar onze gratis parkeerplaats, waar alles nog precies hetzelfde was. Niemand was nog weggestuurd. Een geluk bij een ongeluk.

Terug in overleg modus
De andere jonge gezinnen wisten ook niet goed wat te doen. Het kostte veel moeite om campings te vinden die nog open waren, als die überhaupt nog bestonden. Er was hier en daar wel ruimte op privé terrein, dat leek een goede optie. Eigenlijk wilden ze blijven waar ze waren, maar het is lastig om sterk in je schoenen te staan en niet steeds weer te twijfelen aan je eigen besluit. Dus wikten en weegden ze de hele dag, net als wij.
Heel, heel vermoeiend.
Dit kon er ook nog wel bij
Die dag bleek dat onze camper niet gemaakt kon worden. We volgden een aardige meneer van de Portugese wegenwacht naar een garage bovenop een steile heuvel en na even doormeten en kijken kwam snel het oordeel. “Wij kunnen dit niet maken. Jullie moet naar een specialist. Maar we hoorden 5 minuten geleden op het nieuws dat alles dichtgaat. Ook de garages. Sorry en succes.”
Dus.
Nowhere to go (?)
We konden niet terecht op een camping, waarschijnlijk niet op de plek blijven waar we waren, niet naar onze vrienden rijden in het noorden, en al helemaal niet naar huis rijden.
Maar voor je nu denkt dat dit verhaal niet goed afloopt; dat doet het wel.
De beste euro’s die we ooit besteedden waren aan het camperlidmaatschap van de ANWB. Binnen no time was er een vlucht voor ons geboekt en zou ook onze camper gerepatrieerd worden. We moesten even wennen aan het idee, opeens ging het heel snel. Maar we wisten dat we deze kans met beide handen aan moesten grijpen, ook al zou dat misschien betekenen dat we ons huisje met bijna alles er in een tijd moesten missen.
Worden wij ook eens gerepatrieerd
Wat volgde was een paar dagen hectiek. We hadden geen tassen om kleding mee te kunnen nemen; vrienden (engelen) stonden 90 km verderop en kwamen ons twee weekendtassen brengen. We hadden geen plek om naar terug te keren; familie struinde het internet af en vonden een heerlijk vakantiehuisje voor twee weken. De vlucht werd tussendoor nog even geannuleerd, en opgeschoven naar voren, maar het was allemaal oke. We waren bijna terug in Nederland waar we niet weggestuurd zouden worden en we ons geen zorgen hoefden te maken over water, gas en brood.
Faro – Amsterdam – zaterdag 20 maart 2020
Ik kon me niet herinneren wanneer ik voor het laatst het geluid van m’n wekker had gehoord. Heel vroeg was het nog. We propten een banaan naar binnen en snelden ons in het donker naar het depot. Hier lieten we de camper achter (doei, lief campertje) en stapten in een taxi.
De rit naar Faro Airport duurde een klein uurtje. Al rijdende kwam de zon op en we zagen steeds meer van het mooie landschap. We beseften ons dat we nog niets van Portugal gezien hadden, en hoe jammer we dat vonden. Ook het besef dat onze reis tot een abrupt einde was gekomen drong door. Het was zo jammer. Maar het was oké. We gingen terug naar waar we het liefste waren in deze spannende tijden: dichtbij familie en vrienden.
Faro Airport
Het was druk, alles duurde lang, er moesten veel oude mensen mee die het allemaal niet goed snapten. Als een van de allerlaatste passagiers renden we bezweet het vliegtuig in. Oeps. Bomvol. Niet wat we verwacht hadden. Op een vierkante anderhalve meter zaten zeker 9 mensen. Op die van ons 10, want we kregen Mickey op schoot. Het was. Iedereen schikte zich in zijn lot, en was vooral blij om naar huis te gaan. Onderweg verwonderde Mickey zich over de wolken en speelde met de riem. Geen kik gegeven. Wat een kind.

Touchdown!
En voor we het wisten stonden we op Schiphol waar mensen vier rijen dik bij de bagageband stonden. Wij bleven liever even achteraf wachten tot de drukte voorbij was. Onze lieve (schoon)zus stond klaar om ons naar ons tijdelijke huisje te brengen, en dat was dat! Zomaar waren we weer ‘thuis’. Alsof we nooit weggeweest waren, maar tegelijkertijd voor altijd veranderd.
Een enorm luxe paleis (aka chalet op vakantiepark)
En het is fijn om hier te zijn. We zijn nog steeds niet gewend aan de luxe hier. Er is CV en vloerverwarming, altijd stroom (ook als het regent) en stromend (en warm!) water. Ik vergeet wel steeds dat ik niet hoef te haasten onder de douche. Ook verbazen we ons steeds over de opvallende hoeveelheid aan Nederlandse auto’s hier (haha) en veeg ik nog steeds ’s avonds het zand uit ons bed (dat er helemaal niet in zit).
The End?
Wat onze reis betreft, we weten nog niet of en hoe die verder gaat. In Nederland hebben we geen eigen huis, en zolang we geen nieuw huis hebben gevonden kunnen we net zo goed weer op pad gaan. Zodra dat weer mag en weer veilig is, natuurlijk. Tot die tijd blikken we terug met oude foto’s op ons Instagram account en maken we aan de keukentafel van mijn schoonmoeder nieuwe plannen! Worden wij voor nu ook best heel gelukkig van.

Volgende blogs..
- Over het kiezen van een camper als je daar lang mee op reis wilt gaan (nu maar hopen dat dat snel weer kan).
- Over wonen in een community
- Over modulair wonen en pre-fab bouwen
Blij dat alles gelukt is, en dat jullie weer terug zijn! Xxx Ietje
Wij ook, dank tante! ♡
Wauw, wat een verhaal! Wat een avontuur. En wat een fantastisch wezentje zijn jullie aan het grootbrengen. Brok in m’n keel!
Blij te horen dat jullie nu even safe & sound zijn om deze rare periode uit te zitten. Ik hoop dat alles snel voorbij is zodat jullie je vleugels weer kunnen uitslaan!
Dikke knuffel <3
Ahh lief 🙂 Hopen wij ook! En hoop ook dat met jullie ook alles goed is! Dikke knuffel, ook aan Mats, van ons!
Lieve luitjes. Fijn dat jullie goed en gezond weer in Nederland zijn. Zorg goed voor elkaar en tot in betere tijden xxx Linda
Dank je wel Lin! Hoop dat met jou en jullie ook alles goed gaat! Veel liefs van ons!
Wat een abrupte wendingen. Mooi verwoord en fijn dat jullie gezond zijn. Tot snel
Ja bizar he. Hadden we niet gedacht toen we 3 maanden geleden nog lekker in de zon zaten 🙂 Hopelijk tot snel! ♡